Algemeen
Algemeen
Wij melden u in deze paragraaf de belangrijkste ontwikkelingen ten opzichte van de begroting 2021.
Financieringspositie
De staat van investeringen is voor het jaar 2021 geactualiseerd. Hieruit komt een vrijval van kapitaallasten die verder is uitgewerkt over de programma's in deze bestuursrapportage van € 361.000. De vrijval van kapitaallasten (= rente en afschrijving) wordt o.a. veroorzaakt door het feit dat investeringen worden doorgeschoven en/of vertraging in de uitvoering van de investering.
De actualisatie van de lopende investeringen met als gevolg aanpassingen van de kapitaallasten heeft ook effect op de financieringspositie en deze is opnieuw beoordeeld. Binnen het taakveld treasury is rekening gehouden met een stelpost af te sluiten leningen.
Als gevolg van o.a. achtergebleven uitvoering zijn er in 2021 geen langlopende leningen aangetrokken en de verwachting is dat de rest van het jaar dit ook niet nodig zal zijn. Dit levert per saldo een voordeel op van € 194.000. Indien blijkt dat er in de loop van 2021 behoefte is aan extra liquide middelen, dan wordt dit eerst gefinancierd met kort geld omdat hiermee de ruimte van de kasgeldlimiet optimaal wordt benut. Conform de wet FIDO mag de gemeente een deel van haar financieringsbehoefte opvangen binnen de kasgeldlimiet. Dit voordeel is gemeld bij de derde W-vraag bij algemene dekkingsmiddelen, overhead, VPB en onvoorzien.
De meerjarige uitwerking van de effecten uit de actualisatie van de kapitaallasten en financieringsbehoefte zijn verwerkt in de begroting 2022 en meerjarenraming 2023-2025.
Rentebeleid
In onze beleidsvoornemens zijn wij tot op heden uitgegaan van een rentepercentage van 2% voor het aantrekken van langlopende geldleningen van 20 jaar. Wij hebben daarbij ook aangegeven dat daarbij het voorzichtigheidsprincipe wordt gehanteerd. Dit is echter niet realistisch meer omdat de rente voor langlopende geldleningen momenteel ca. 0,54% is. In de begroting 2022 wordt daarom nu gerekend met 1% rente. Daarbij is ook rekening gehouden met schommelingen van het rentepercentage en het feit dat wij vanuit het verleden nog leningen hebben lopen met een hoger rentepercentage dan nu het geval is.